Eten is verweven met wie we zijn: het maakt deel uit van onze cultuur, identiteit en dagelijkse routines. Toch is wat we eten, waar we het kopen, hoe we het bereiden en zelfs hoe we voedselresten weggooien, niet alleen een kwestie van persoonlijke voorkeur. Onze sociale omgeving, de inrichting van onze leefwereld en het beleid van overheden hebben een grote invloed op hoe voedsel zich door ons leven beweegt.
Binnen onderzoek naar duurzaamheid wordt vaak aangenomen dat individuele consumptie de sleutel is tot een duurzame samenleving. Voedsel wordt dan gezien als handelswaar, en mensen als losse, ‘ontlijfde’ consumenten. Deze benadering laat weinig ruimte voor de lichamelijke, affectieve en sociaal-culturele ervaringen die bij eten horen—laat staan voor een blik op mensen als onderdeel van de natuurlijke wereld.
In dit onderzoek kiezen we daarom voor een relationele benadering. We onderzoeken hoe we een voedselomgeving (foodscape) kunnen vormgeven waarin duurzaamheid niet als individuele verantwoordelijkheid wordt gezien, maar waarin gekeken wordt naar de rol van gemeenschappen, infrastructuur en beleid in wat er mogelijk is op het gebied van eten.
Binnen onderzoek naar duurzaamheid wordt vaak aangenomen dat individuele consumptie de sleutel is tot een duurzame samenleving. Voedsel wordt dan gezien als handelswaar, en mensen als losse, ‘ontlijfde’ consumenten. Deze benadering laat weinig ruimte voor de lichamelijke, affectieve en sociaal-culturele ervaringen die bij eten horen—laat staan voor een blik op mensen als onderdeel van de natuurlijke wereld.
In dit onderzoek kiezen we daarom voor een relationele benadering. We onderzoeken hoe we een voedselomgeving (foodscape) kunnen vormgeven waarin duurzaamheid niet als individuele verantwoordelijkheid wordt gezien, maar waarin gekeken wordt naar de rol van gemeenschappen, infrastructuur en beleid in wat er mogelijk is op het gebied van eten.

De voedselomgeving begrijpen via etnografie
Om anders te leren kijken naar hoe we met voedsel omgaan, beginnen we met luisteren. Via etnografisch veldwerk bij huishoudens in Nederland brengen we verhalen over dagelijkse voedselpraktijken in kaart. Hoe beslissen mensen wat ze gaan koken? Wat beïnvloedt hun boodschappenroutines? Hoe past voedselverspilling in hun dagelijkse leven? En welke grotere systemen sturen deze keuzes?
Met behulp van visuele methoden, zoals fotografie en video, leggen we vast hoe de voedselomgeving mensen en meer-dan-menselijke actoren met elkaar verbindt—denk aan boeren, supermarkten, verpakkingen, afvalsystemen en zelfs micro-organismen in compostbakken. Deze aanpak daagt het idee uit dat duurzaamheid alleen draait om individuele keuzes, en laat in plaats daarvan de complexe netwerken zien die voedselpraktijken vormgeven.Meer informatie over de onderzoeksmethoden is te vinden in de rapporten op de downloads-pagina.
[THE FOODCOMPANY VIDEO (needs some introducing)]
Verweven voedselpraktijken
In het onderzoek staan vier voedselpraktijken centraal: boodschappen doen, koken, eten, en het weggooien van voedsel(resten). Deze praktijken vormen een keten die sterk met elkaar verweven is. Maar dat betekent niet dat als één praktijk op een duurzame manier wordt uitgevoerd, de rest automatisch ook duurzaam is.
Met andere woorden: goed zijn in recyclen betekent niet automatisch dat je ook duurzaam kookt. Het etnografisch onderzoek bouwt hierop voort en laat zien hoe de verwevenheid tussen voedselpraktijken bijdraagt aan het in stand houden van (on)duurzame voedselomgevingen.

Boodschappen doen
Als we denken aan duurzaam boodschappen doen, denken we vaak aan biologische markten of verpakkingsvrije winkels. Maar voor de meeste mensen betekent boodschappen doen simpelweg een bezoek aan de dichtstbijzijnde supermarkt. Daar zijn producten voorverpakt, promoties moedigen bulk-aankopen aan, en de winkelinrichting beïnvloedt wat er in het winkelmandje belandt.
Producten sturen ons gedrag: ze zijn het resultaat van productieketens waarin producenten, verwerkers en marketeers invloed uitoefenen op wat wij kopen. Denk aan verpakkingsformaten of kortingsacties die ons aanzetten tot aankopen die we uiteindelijk niet opeten. De grote mate van gemak die supermarkten bieden—gecombineerd met het gebrek aan toegankelijke alternatieven—maakt dat boodschappen doen vrijwel synoniem is geworden met 'naar de supermarkt gaan’. Daardoor hebben supermarkten een enorme invloed op hoe mensen boodschappen doen, koken en omgaan met voedselresten.
[GROEN IS GOED VIDEO]
Koken
Koken vormt een knooppunt van verschillende voedselpraktijken: het bepaalt welke ingrediënten gebruikt worden, hoe omgegaan wordt met restjes, en hoe mensen de waarde van voedsel ervaren. In sommige huishoudens is was creativiteit en improvisatie onderdeel van de manier van koken, wat leidde tot minder verspilling van eten. In andere situaties leiden tijdgebrek of gemak tot meer voorverpakte producten en wegwerpmaterialen.

Sommige deelnemers gaven aan dat ze restjes gebruiken om nieuwe gerechten te maken. Anderen vertelden hoe ze door gezamenlijke maaltijden en recepten uit te wisselen creatiever gingen koken. Zo laat het onderzoek zien dat duurzame kookpraktijken niet zomaar ontstaan, maar mogelijk worden gemaakt door toegang tot verse ingrediënten, kennisdeling en gemeenschappelijke voorzieningen.
[VIDEO DIRKS MARKET]
Eten
Eten zelf verandert weinig aan de duurzaamheid van een voedselpraktijk, maar wát we eten maakt wel verschil. Gezinsleden hebben vaak invloed op elkaars eetgedrag, zowel in gesprekken over voeding als via het in huis brengen van nieuwe ingrediënten of gewoontes. Als één persoon begint met ander eetgedrag, bijvoorbeeld het proberen van plantaardige vleesvervangers, volgen daar vaak andere veranderingen op, zoals anders koken of minder verspillen.
Uit het onderzoek blijkt dat verschuivingen in eetgewoonten vaak in huis beginnen, gestimuleerd door kinderen, partners of gezamenlijke gesprekken over eten.
Restjes
Niemand wil bewust voedsel verspillen. Toch is voedselverspilling vaak verweven met andere praktijken: portiegroottes worden bepaald door verpakkingen, ‘ten minste houdbaar tot’-data leiden tot onnodige weggooi, en de manier waarop afval wordt ingezameld beïnvloedt of mensen al dan niet composteren.

In de onderzochte gemeenten hadden beleidswijzigingen rondom afvalinzameling grote invloed op huishoudelijk gedrag. Toen de lokale afvalverwerking minder stimuleerde om afval te scheiden, verloren deelnemers hun motivatie. Zo’n verschuiving in betekenis, het gevoel dat jouw inspanning niets meer uitmaakt, kan net zo bepalend zijn voor duurzaamheid als praktische of materiële obstakels.
[VIDEO DE VREDESTUIN]
De voedselomgeving veranderen: Van onderzoek naar actie
Onderzoek alleen is niet genoeg, verandering vraagt om praktijk. Daarom werkten we in dit project samen met bewoners, gemeenten en lokale organisaties aan het vormgeven van een duurzamere voedselomgeving. We gebruikten kunstzinnige methodes, gemeenschapsprojecten en duurzame ontwerpprincipes om blijvende verandering te ondersteunen.
Een krachtig voorbeeld hiervan is de ontwikkeling van buurttuinen. Deze tuinen leveren niet alleen verse groenten, maar herstellen ook de band tussen mensen en voedsel, versterken sociale netwerken en bieden ruimte voor leren door te doen. De korte documentaire die in het onderzoek is gemaakt, laat zien hoe deelnemers vaardigheden opdoen in het verbouwen, oogsten en bereiden van voedsel, waardoor hun afhankelijkheid van supermarkten en bewerkt voedsel afneemt.
Evenementen in de tuin versterken bovendien de onderlinge betrokkenheid en kennisdeling over voedsel en duurzaamheid. Tegelijkertijd schuilt er ook een risico: buurttuinen kunnen (onbedoeld) de druk op individuen vergroten, alsof iedereen zelf voedsel zou moeten verbouwen om duurzaam te kunnen leven. Daarmee kunnen ze alsnog in dezelfde valkuil trappen als veel gedragsgerichte oplossingen: ze verschuiven de verantwoordelijkheid naar het individu, in plaats van supermarkten of beleidsmakers ter verantwoording te roepen.
De buurttuin uit de video kwam uiteindelijk niet van de grond vanwege beperkingen in het lokale grondbeleid—een interessant resultaat op zich. Maar op een andere plek, in Ridderkerk, lukte het wel. Samen met medewerkers en vrijwilligers van het Leger des Heils, en met steun van de gemeente, bouwden we een tuin op. Deze ervaring leerde ons hoe belangrijk het is om sterke relaties te hebben tussen de verschillende partijen in de voedselomgeving. Het samenwerken aan de tuinen in Barendrecht en Ridderkerk benadrukte de waarde van hernieuwd contact met de oorsprong van voedsel, en liet zien dat de weg vooruit ligt in meer gemeenschapsgerichte benaderingen—zowel met mensen als met de niet-menselijke actoren in onze voedselomgeving.
Toekomst van duurzame voedselomgevingen
Duurzame voedselpraktijken ontstaan niet in een vacuüm. Ze worden gevormd door de ruimtelijke inrichting van onze omgeving, door het beleid dat keuzes stuurt, en door de gemeenschappen waar we deel van uitmaken, menselijk én niet-menselijk.
Dit onderzoek wil niet voorschrijven wat mensen moeten eten of hoe ze boodschappen moeten doen. In plaats daarvan laat het zien hoe voedselpraktijken zich al aan het ontwikkelen zijn. Door samen te werken met lokale overheden, bedrijven en bewoners willen we voedselomgevingen creëren waarin duurzaamheid geen uitdaging is, maar simpelweg de norm.
